16 september 1999
Het is bijtend, bijtend kou 's morgens. In onze race naar Lhasa staan we om 5 uur 30 op, anderhalf uur voor zonsopgang. Onze vingers zijn na 5 mnuten ijsstokjes en thee koelt zo vlug af dat je je kopje in één maal moet leegdrinken. Dit belooft voor de volgende dagen want deze kou is nog maar het begin.
Voor één keer zijn we ongeveer op tijd weg, maar na vijf minuten rijden ondervindt de vrachtwagen problemen. De dieseltanks zijn bevroren, ondanks de aanwezigheid van een scheutje benzine. Oplossing: vuurtje stoken onder de tanks. Ik vlucht na dit bericht onmiddellijk de vrachtwagen uit en hou mijn camera paraat voor het geval dat. Geen explosie echter, alleen vloeibare diesel is het resultaat.
De rest van de dag vordert aan een slakkengang, zowel in tijd als in afgelegde afstand. Dit maakt dat we veel te laat in Golmud arriveren en we geen inkopen kunnen doen. We zullen morgen, na een nachtje onverwachts hotel, de markten afstruinen. We zijn psychologisch niet voorbereid op dit nieuws: een warm bed en een warme douche. Zullen we deze onverwachte luxe aankunnen?
dinsdag 16 september 2008
Kou
Gepost door Béate Vervaecke op 08:48
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten