donderdag 10 juli 2008

Een Humo lees je nooit alleen

10 juli 1999

Gelukkig voor mijn hoofd ben ik gisteren pas beginnen drinken bij het avondmaal, terwijl de rest van de groep al een serieuze voorsprong had. Dit heeft me voor een zware kater behoed, iets waar de anderen wel last van hebben. Ik prijs me zelf, want ik heb een namiddag en nachtje bussen voor de boeg, wat ik liever met een fris hoofd doe.

Ik spendeer mijn luttele uren in Alice Springs in het gezelschap van de anderen van de groep. Alice (Alice, Alice, who the xxxx is Alice?) zelf is niets bijzonders Toeristen struikelen over elkaar tijdens de souvenirsjacht.

Het is hier hoogseizoen nu de temperaturen en de vliegen eindelijk tot een fatsoenlijk niveau zijn gedaald. Ik verwacht ook elk moment ergens Belgen, met de zomervakantie in ons land. En inderdaad, op de bus naar Darwin zitten er twee, voor een maand op stap in Australië.

Ze hebben een Humo bij, een weekblad waar ik trouw aan verslaafd maar ondertussen het bestaan al vergeten was. Ik weet niet wat ik hoor en zie als ze me de Humo aanbieden. Ik ben blij als een kind.

Na een kwartier lezen is mijn leeslust en interesse over. België is nog altijd in de greep van schandalen, Rock Werchter (Waar is Torhout naartoe?), minister-president De Wael, Brusselmans nog geen haar veranderd, Deus een nieuwe CD, ...
Het doet me niets en ik schrik er van. Zou ik al in zo'n staat van ontvreemding zijn? Ik denk liever niet aan mijn terugkeer in november. Ik zie het op dit moment nog niet zitten, terwijl het aan een razendsnel tempo dichterbij komt. Oh Help!

Geen opmerkingen: