29 juli 1999
Nou, nou, deze nacht slaap ik ook in een ryokanachtige kamer, maar ik deel deze 20 vierkante meter wel met 9 anderen. Maar toegegeven, dit is meer Japans dan gisteren en bovendien spotgoedkoop.
In afwachting daarvan doe ik een paar attracties, voor mijn geheugen som ik ze hierna op. Ik heb bezocht: Nijo-Jo (een kasteel) en Nishi-Hongan-ji (Boedistische tempel), 11de verdieping van het station met een zicht over gans Kyoto.
Ik heb omcirkeld (ik wilde geen toegang betalen): To-ji (tempel). Ik was te laat voor de gratis rondleiding in het Imperial Palace. Bij dit alles (uitgezonderd het station uiteraard) wordt duidelijk hoe verbonden China en Japan ooit met elkaar geweest zijn, iets wat ik niet wist. Het Japanse schrift komt uit China, het boeddhisme, de noodles hoogstwaarschijnlijk ook en veel kennis ivm bouwen en andere technologie werd eveneens uit China gehaald.
Voor het overige van de dag maak ik kennis met de mindere buurten van Kyoto. De huizen zijn rommelig en hangen met haken en ogen aaneen. Langs de rivier zitten een aantal daklozen, al hun bezittingen huiselijk tentoongesteld. In elk ander land had ik hier onmiddellijk rechtsomkeer gemaakt, maar Japan is zelfs vandaag nog superveilig.
Ik kom zonder kleerscheuren in mijn sardienenryokan aan, waar we ons organiseren voor de nacht.
dinsdag 29 juli 2008
Ryokan, deel 2
Gepost door Béate Vervaecke op 08:47
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten